DE SELTSJOEKSE TUIMELAAR
In 1995 zijn we begonnen met het fokken van de Seltsjoekse tuimelaar. Het ras is afkomstig uit Anatolië, gelegen in het centrale gedeelte van Turkije, met name uit het gebied rond de stad Konya.
Het ras wordt al vanaf de 11e eeuw gefokt. In het begin uitsluitend door de sultans van Rum, priesters en grootgrondbezitters.
Het lukt de Duitser Christian Reichenbach enkele dieren naar Duitsland te krijgen, waar ze in 1982 voor het eerst werden getoond op een show in Neurenberg.
Helaas zijn er in Turkije niet veel fokkers meer van dit ras.
Het opvallendste van dit ras is de als een puntdak gevormde staart, dus van achter gezien als een omgekeerde V. De staartveren hebben daarbij een afwijkende stand die eveneens specifiek voor dit ras is. De veren overlappen elkaar aan de buitenkant van onder naar boven tot aan het midden. Hierdoor krullen de binnenvanen licht naar boven om.
|
De puntdakvormige staart. |
De aan de bovenzijde omgekrulde staartveren. |
De meest voorkomende kleurslag is ijskleurig. Zelf fokten we ook nog enige tijd de zwarte met een witte staart. Ze werden vroeger Konya witstaarttuimelaars genoemd. Door hun zeldzaamheid was de stam erg zwak, reden waarom we met de fok ervan gestopt zijn.
|
Doffer met jong op het nest.. |
Als voedster voor een Koningsberger kleurkop. |
De Seltsjoekse tuimelaar heeft een rustig karakter en is vrij tam. Ze hebben een opvallend goede broedzorg; reden waarom we ze bij nood inzetten als voedsterduif.
